Waardoor alles verkeerd gaat.
Filosofen zijn op zoek naar de reden waarom de mens steeds opnieuw dezelfde fundamentele fouten maakt die hem scheiden van de gelukzaligheid. Hoe is het mogelijk dat we ons gedrag niet kunnen wijzigen nu de geschiedenis ons aantoont waar het fout gaat
De aard van de mens blijkt schijnbaar het probleem te zijn.
We worden geboren met die aard en er ook nog eens door opgevoed.
De verdeeldheid tussen mens en de natuur en tussen de mens met de mens is het gevolg van onze fundamentele vergissing.
Boeddha noemde die vergissing onze onwetendheid, maar nu we beschikken over wetenschap en geschiedenis mogen we over onwetendheid niet meer spreken. We weten maar al te goed waar het mis gaat maar kunnen de massa mensen in hun gewoonten niet overtuigen om het anders te gaan doen. Alle wetenschappers zijn er het over eens dat we de atmosfeer zo erg aan het bezoedelen zijn dat er een grote ecologische ramp als reactie op volgt en toch blijven we maar doorgaan of er niets aan de hand is.
De mens is ongecontroleerd geëvolueerd in zijn zucht naar groter en meer en heeft zich daardoor volledig buiten spel gezet.
Hij is het contact met het geheel van de éénheid volledig kwijt waardoor hij zichzelf in gevaar heeft gebracht.
Deze scheiding is tijdelijk.
Het leven verbindt alles van nature terug aan elkaar in haar behoefte naar harmonie en evenwicht.
Ook de mens zal uiteindelijk de vergissing inzien en na een hopeloos gevecht met de natuur het onderspit moeten delven.
Het tegen beter weten in blijven verder doen wat schadelijk is zal niet meer mogelijk zijn. Zoals de verstokte roker vroeg of laat ernstige problemen zal krijgen met zijn ademhaling zo zal de mens ondervinden dat hij zal moeten samenwerken met elkaar en met de natuur.
Onze verstoktheid zit in het behouden van ons ego. Onze zo belangrijke identiteit, onze persoonlijke vrijheid is een heilige menselijke verworvenheid die boven het collectieve belang uitstijgt. We houden geen rekening met alle andere aardbewoners. Met de dieren, de bomen en de planten, met de wateren, de gletsjers of de zee. We hebben onszelf tot de koning van het leven gekroond en zien al de anderen als onze onderdanen. We vechten tegen de goden en de duivels en denken de sterkste te zijn.
Deze hoogmoedige levenshouding scheidt ons van het leven.
Daardoor gaat alles verkeerd.
Wij hebben onze samenleving opgebouwd op een fundament van individualiteit. Ons gebouw is nu zo zwaar geworden dat de fundering zal ineenstorten.
Maar zolang we op de oude fundering het nieuwe gebouw zullen optrekken zullen we, in de lijn van de geschiedenis, kunnen voorspellen dat ook deze samenleving in elkaar zal storten.
Het enige goede fundament is de eenheid. De kosmische eenheid. De universele eenheid.
Eenheid is de tegenhanger van het individualisme.
Het enige stevige fundament waarop de nieuwe mens zijn samenleving zal op uitbouwen.
Het inzicht groeit, sterker dan wat het ooit geweest is. We leven in een tijdperk van ommekeer. De mens kan nog even terug naar zijn oude gewoonten maar zal verplicht worden om terug te keren. De oplossing is nabij.
Meditatie 3 maart 2021